Op de 25e Goodwood Revival heeft het Nederlandse contingent zich verdienstelijk gepresenteerd. Behalve oudgedienden als Hans Hugenholtz en Karsten Le Blanc waren er ook diverse Nederlandse Goodwood-debutanten, zoals David Verzijlbergen, vader en zoon Bleekemolen en vader en zoon Goddijn. De familie Hart was deze keer niet van de partij.
De grootste Nederlandse bijdrage werd geleverd via de Fordwater Trophy, die deze keer exclusief voor Porsche 911 2.0’s van de eerste generatie was. Feitelijk was de race een niet-kampioenschapsronde van de 2.0L Cup van Peter Auto, zodat diverse vaste deelnemers hun Goodwood-debuut konden maken. Dat gold voor David Verzijlbergen, die samen reed met de Zwitser Lukas Bücher en als 16e eindigde. Jeroen Bleekemolen nam zijn vaste rol als teamgenoot van de Amerikaan Tim Pappas aan, om met een 14e plaats de beste Nederlander te worden, terwijl Michael Bleekemolen instapte in de 911 van de State of Art-familie Westerman. De equipe Bleekemolen/Westerman eindigde als 21e, drie plekjes voor het duo Le Blanc/Assam.
Ook de Freddie March Memorial Trophy op vrijdagavond kende twee Nederlandse vertegenwoordigers: met hun schitterende Maserati 200SI maakten Harold en Alexander Goddijn hun debuut op de Revival, om als 17e te eindigen. De volgende ochtend kwam Luc Brandts aan de start in de Goodwood Trophy voor GP-auto’s en voiturettes uit de jaren dertig en veertig. Op Silverstone had Brandts nog pech met zijn Talbot-Lago T26C, maar nu haalde de auto netjes het einde op een 17e plaats.
Vaste Goodwood-klant Hans Hugenholtz maakte zijn opwachting in de Lavant Cup voor Ferrari’s uit de 250-serie, om met zijn 250 GT SWB/C op een mooie vierde plaats te eindigen, twee plaatsen voor Alexander van der Lof in net zo’n 250 GT SWB, maar dan geen volbloed-Competizione. Hugenholtz nam ook deel aan de afsluitende Sussex Trophy voor sportauto’s uit de jaren vijftig: met zijn Lister-Jaguar ‘Costin’ werd hij 18e.
Foto’s: Bob van der Wolf
.png)
