Voorbeschouwing Historic Grand Prix

758

Van vrijdag 21 juni tot en met zondag 23 juni worden op Zandvoort weer alle records gebroken als het circuit zijn poorten opent voor de 12e editie van de Historic Grand Prix van het nieuwe tijdperk. Vooral geluidsrecords natuurlijk, want tijdens deze drie geluidsdagen wordt ruim baan gegeven aan alle welluidende autosportklanken van weleer. Voeg daarbij de tienduizenden bezoekers en de vele honderden coureurs en auto’s die hun opwachting maken, en het kan niet anders dat het roemruchte verleden van het 75-jarige circuit weer goed wordt gevierd.

Zoals altijd vormen de twee grote Formule 1-grids de hoofdmoot van het programma, want het evenement heet niet voor niets Historic Grand Prix. De Historic Grand Prix Car Association (HGPCA) is als vanouds aanwezig met zijn auto’s uit de gevarieerde Grand Prix-jaren tot 1966, met vooraan de ranke sigaren uit het 1,5-liter-tijdperk van 1961-’65, met daarnaast een enkele Tasman- dan wel Intercontinental Formula-auto (met 2,5 liter tot hun beschikking), maar ook de F1/F2-auto’s van met name het grensverleggende Cooper, die al vóór 1961 over een middenmotor beschikten. Daarachter duelleren de auto’s met de motoren nog voorin: de 2,5-liter-auto’s van 1954-’60, de 2-liter F2-auto’s uit de seizoenen 1952-’53 en de auto’s uit het vroegste F1-tijdperk, toen er keus was tussen een geblazen 1,5 liter of een atmosferische 4,5 liter.

Zandvoort blijft een populaire bestemming voor de HGPCA-rijders, dus de verwachting is dat we weer volop Coopers, Lotussen en Brabhams zullen zien strijden om de winst, met in hun kielzog Maserati’s en Scarabs die voor de klassenoverwinning in het oudere tijdperk gaan. Een thuisfavoriet is er ook: Michel Kuiper zal zeker proberen om zijn overwinning van vorig jaar in de Brabham BT4 te herhalen, want die ene zege smaakt natuurlijk naar meer.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Masters Historic Racing – met vijf grids zoals altijd de hofleverancier van het evenement – brengt met de Masters Racing Legends de F1-auto’s uit het 3-liter-tijdperk van 1966-’85 op de baan. Vorig jaar kwam er een recordaantal van 29 auto’s opdagen en het ziet er nu al naar uit dat we dit jaar een vergelijkbaar aantal mogen verwachten – terwijl de inschrijving nog twee weken openstaat! Vooraan zitten alle toppers erbij, van regerend kampioen Ken Tyrrell in zijn Tyrrell 011 tot zijn tegenstrevers Matt Wrigley (nu ook in een 011), oud-Le Mans-winnaar Marco Werner (Lotus 87B) en Steve Hartley (McLaren MP4/1). Viervoudig kampioen Nick Padmore (Lotus 77) voert opnieuw de inschrijvingen in de pre-78-klasse aan.

Ken Tyrrell greep vorig jaar op Zandvoort zijn eerste twee F1-overwinningen, op weg naar een overtuigende eerste titel, dus die keert met goede herinneringen terug naar Zandvoort. Toch krijgt hij deze keer ook te maken met jeugdige tegenstand van onder meer zuiderbuur Werner d’Ansembourg (nu in de Williams FW07C, normaal gesproken de vaste auto van vader Christophe) en de in Nederland woonachtige Oostenrijker Lukas Halusa (Williams FW08B). Verder mogen we een heel stel bijzondere auto’s begroeten. Om er een paar te noemen: James Hagan brengt de Hesketh 308 mee waarmee James Hunt de GP van Nederland van 1975 won, terwijl Jordan Grogor van start gaat in de unieke Japanse Maki F101C, die nooit eerder op Zandvoort te zien was.

hgp18 sat 1b

Daarmee zijn de eenzitters nog niet op, want twee publieksfavorieten zijn opnieuw van de partij: de Formule 2 en de Formule Junior. De F2-auto’s rijden op Zandvoort hun tweede ronde in de nieuw opgerichte F2 Interseries. Die combineert de Franse en Britse velden in één Europees kampioenschap. Vooraan wordt de strijd ongetwijfeld beslist tussen de vele March 782’s, met die van Wolfgang Kaufmann als favoriet, maar Darwin Smith hoopt in zijn veel oudere March 712 opnieuw reuzen te doden. De twee Junior-races van de Formula Junior Historic Racing Association worden weer twee slipstreamfeesten om de Lurani Trophy. Vooraan gaat de strijd tussen de Lotus 22’s van Clive Richards, Manfredo Rossi en Lee Mowle, maar de Brabham BT6 van Alex Ames zal het Lotus-feestje vast willen verstoren. In de Raybrig FJ, de oudste Junior van het veld, zal Floris-Jan Hekker zich weer duchtig weren in de middenmoot.

Een ander belangrijk veld van Masters Historic Racing wordt gevormd door de Masters Sports Car Legends, waarin Le Mans-sportwagens tot 1976 worden toegelaten. Daarin verschijnen tal van Lola’s, McLarens en Coopers aan de start, maar vooral ook de Ferrari 512M van David & Olivier Hart. Dat is bij lange na niet de enige Benelux-bijdrage aan deze grid. Alexander van der Lof en diens schoonzoon Yelmer Buurman komen aan de bak met hun Chevrolet Corvette Stingray, terwijl Nicky Pastorelli in de Ferrari 365 GTB/4 ‘Daytona’ van Roelofs Engineering naar buiten gaat. Uit België komt Ron Sanen over om met zijn fraaie Chevron B19 zijn Masters-debuut te maken.

hgp22 sat 2b

Ook op de twee Masters-grids voor recentere sportwagens zien we Nederlandse namen terug. In de Masters Endurance Legends voor LMP’s en GT’s tot 2016 maken bijvoorbeeld Cor Euser (in de Marcos Mantara LM600 evo, beter bekend als ‘La Bomba’) en Mathijs Bakker/Joshua Kreuger (in de ORECA Chrysler Viper GTS-R) hun opwachting. In de Masters GT Trophy voor oudere merkencup-, GT3- en GT4-auto’s zien we Hans Hugenholtz terug in zijn Dutch GT4-auto van destijds, de Mustang FR500C, maar ook Jac & Ties Meeuwissen in een Ferrari 488 Challenge en de circuiteigenaar zelve, Bernhard van Oranje, in een Mosler MT900 GT3.

Een royaal veld treedt aan in de Masters Gentlemen Drivers & Pre-66 Touring Cars voor GT’s en toerwagens tot 1966. Verwacht weer veel Griffiths, Cobra’s, E-types en Elans in het GT-veld en volop Mustangs, Cortina’s en Mini’s bij de toerwagens. Alle ogen zullen vooral zijn gericht op de Ferrari 250 LM van Alexander van der Lof – de auto die Enzo Ferrari koste wat kost een GT wilde laten blijven. Dat is niet de enige Ferrari in het veld, want Nicky Pastorelli treedt aan in de Ferrari 250 GTO ’64, die wonderschone herschepping van Piet Roelofs. Net zo bijzonder wordt de Iso Grifo die David & Olivier Hart aan het veld bijdragen. Bij de toerwagens leveren Henk & Thijs van Gammeren hun contributie met een Ford Falcon Futura Sprint.

hgp22 sat 4b

Daarmee is de koek niet op voor wat betreft de Nederlandse bijdrage aan de Historic Grand Prix. Gewoontegetrouw doen twee grids van vaderlandse bodem hun duit in het zakje. En dat zijn stevige daalders, want de velden van de SuperSixties en het NK GTTC zijn doorgaans niet de dunste. De twee kampioenschappen leveren samen een continuïteit aan GT’s en toerwagens tot en met 1981. Bij de SuperSixties reiken de kanshebbers van de dikke Ford GT40 van Kenneth Persson tot de ranke Elan van Bob Stevens – en alles wat daartussen zit, van Cobra’s en E-types tot MGB’s en Mini’s. Bij het NK GTTC verwachten we een prominente rol van de Ford Capri RS3100’s van vader en zoon Dieter en Wim Kuijl, maar de Porsche Carrera RSR’s van Hans de Graaf en Gerd Rijper, de BMW 3.0 CSL van Cees Lubbers en de vele Escort Mk1’s, aangevoerd door oud-kampioen Jan-Willem Oosterhagen en zuiderburen Freddy van Sprundel en Geert Boels steken daar graag een stokje voor.

De Dutch Vintage Sports Car Club verblijt de paddock intussen met zijn Vintage Revival van vooroorlogse sportauto’s. Net zoals in voorgaande jaren gaan zij op verschillende momenten de baan op voor hun regelmatigheidsritten. De demo’s staan in het teken van Nederlandse constructeurs en Le Mans-auto’s van 1958 tot 1963, waarbij we heel wat fraaie auto’s mogen bewonderen. Denk bij de Nederlandse auto’s aan de Vector, de Larkens, de Hirondelle, de HVB en ‘Kwik’, maar ook aan de Toyota Dakar Twin Motor, de specials van Freek Dudok van Heel en Dries van der Lof, de ‘Marcorelly’ van Cor Euser en heel wat Donkervoorts. De Le Mans-auto’s worden aangevoerd door de Ferrari 246 SP en 250 TR, ondersteund door onder meer een Alfa SZ, een Tojeiro, een Lotus Eleven en een Porsche 356. De technische keuring krijgt zoals gebruikelijk ondersteuning van de HARC, die net als in vorige jaren met een groot paviljoen aanwezig is op de paddock.